Piepjong zijn ze. Ze dragen jeans, T-shirts en sneakers, hun armen vol grafische herinneringen en ringetjes door oren, neus en wenkbrauwen. Als ik Pim vraag waarom hij zijn ogen neerslaat wanneer hij zegt dat zijn ouders de sessies betalen, antwoordt hij dat hij het niet weet. Lio schudt lachend haar hoofd. Typisch Pim om zich never ever vragen te stellen. Het jonge koppel kwam op de spoedafdeling terecht omdat Lio tijdens het vrijen te veel pijn had. Vaginisme werd de diagnose. Sindsdien hebben ze geen seksueel contact meer. Ik druk mijn bewondering uit voor hun moed en hun openheid. Pim verontschuldigt zich voor zijn seksueel gemis. Opnieuw slaat hij zijn ogen neer.
“Op welke manier is seks belangrijk voor jou, Pim?”
Hij antwoordt dat hij nog maar aan het begin staat en dat het niet normaal is dat het nu al lastig is. Uit spreekgretigheid struikelt hij over zijn woorden: hij sekst graag en veel. Liefst elke dag twee keer, dat is zijn manier om ‘hallo’ en ‘dag’ tegen de zon te zeggen. Een vluggertje mag zeker, maar liever wat langer. Hij grinnikt. Of ik dat wel snap?
Hij wacht niet op mijn antwoord. Maar sinds het spoedincident doet hij het alleen. Tja.
“Het is wat het is”, zegt hij berustend. Maar Lio en ik voelen hoe hij lijdt. Lio drukt haar medeleven uit door te zeggen dat hij te jong is om het te moeten aanvaarden.
“Ik wil je niet pijn doen”, roept hij uit.
Tussen neus en lippen mompelt Lio dat ze niet alleen van voorbijgaande aard maar ook volstrekt inwisselbaar is.
Ik vraag haar of ze zich al vaker zo gevoeld heeft. Ze knikt zachtjes.
“Voor wie was je zo onzichtbaar en onbelangrijk?” vraag ik haar.
Tussen neus en lippen mompelt Lio dat ze niet alleen van voorbijgaande aard maar ook volstrekt inwisselbaar is.
De ruimte wordt een stuk kleiner wanneer Lio voor de tweede keer in haar leven woorden aan haar inwisselbaarheid geeft. Pim voelt aan hoe hun leven na Lio’s verhaal nooit meer hetzelfde zal zijn en verstilt. Lio’s plusvader had een sterke voorkeur voor Aziatische vrouwen. Zijn derde Thaise vrouw, had een achtjarig dochtertje, dat hij beschouwde als het toetje waar hij recht op had. Lio werd ontelbare keren misbruikt. Na het uitbreken van haar eerste maanstonden hield het op. Maar dan begon het échte verraad. Want toen Lio de moed vond om het tegen haar moeder te vertellen, werd ze niet geloofd. Ik leg mijn hand op haar knie. De zuurstof lijkt uit de kamer weggezogen en ik open de ramen. Terwijl ik thee zet, zie ik hoe Pims schouders schokken. Op zijn jeans tekenen zich natte plekken af. Lio staat recht, hurkt en omarmt hem. Pim verontschuldigt zich opnieuw.
“Sorry, Snoesje, sorry. Sorry. Sorry. Sorry.”
Hij drukt zijn gezicht tegen haar buik.
“Wie is die vent? Waar woont hij? Ik maak hem kapot!”
Lio antwoordt dat ze niet op zoek is naar vergelding. Trouwens, zegt ze, er zijn vrouwen die veel erger meemaken. Ze relativeert uit bittere noodzaak. Daar komen we tijdens de volgende sessies nog op terug.
“Gelukkig was ik een jonge menstrueerster”, schokschoudert ze.
Van ontzetting geeft Pim zijn middagmaal over, Lio en ik maken het samen schoon.
“Liefje, toch”, troost ze hem. “Jij maakt me gelukkig. Ik zie je zo graag. Zelfs je kots zie ik graag.”
Lio verloor alles waar ze als kind en jongvolwassene recht op had. Behalve haar vermogen tot liefhebben.
Column in De Morgen Magazine van 30 september 2023
Comments